In een nieuw onderzoek vergelijkt ProVeg de voedingswaarden van 130 vleesvervangers met hun bijbehorende dierlijke producten. De producten werden getoetst aan de criteria van de Schijf van Vijf voor vleesvervangers van het Voedingscentrum. In een webinar op dinsdag 5 september lichtte Martine van Haperen, expert voeding en gezondheid bij ProVeg Nederland, de resultaten van het onderzoek toe.
Op basis van de criteria van het Voedingscentrum blijken plantaardige burgers, gehakt en gehaktballetjes, (rook)worst en spek gemiddeld beter te scoren dan vergelijkbare dierlijke vleesproducten. Bij shoarma en nuggets hebben de plantaardige producten een vergelijkbare score als de dierlijke. Alleen bij kipstukjes, kipfilet en schnitzel scoren dierlijke producten beter. Van de onderzochte vleesvervangers voldeed in totaal 85% aan het eiwitcriterium van het Voedingscentrum. Wanneer dierlijke producten langs dezelfde lat worden gemeten, voldoet 88%.
Verschillende criteria
Een belangrijke kanttekening bij het onderzoek is dat het Voedingscentrum voor vleesvervangers en dierlijke vleesproducten verschillende criteria hanteert. In dit onderzoek is de criteria voor vleesvervangers aangehouden. Van Haperen legt uit: “Wij willen met dit onderzoek een eerlijke vergelijking maken, door vleesvervangers niet alleen langs de lat van de Schijf van Vijf te leggen, maar ze ook te vergelijken met de producten die ze vervangen. Consumenten kijken bij het maken van keuzes niet alleen naar de Schijf van Vijf, maar ook naar de smaak. Ze willen graag bekende gerechten eten, zoals rookworst bij stamppot. Van vleesproducten als spek en worst is bekend dat ze vet en zout zijn. Het ligt dan voor de hand dat het vleesvervanger producenten niet lukt om een product te maken met dezelfde zoute vette smaak dat tegelijk voldoet aan alle criteria van de Schijf van Vijf. Daarom hebben we in ons onderzoek de vleesvervangers naast vergelijkbare dierlijke vleesproducten gelegd.”
Uit de vergelijking van ProVeg blijkt dat het gehalte verzadigd vet bij vleesvervangers veel lager ligt dan in dierlijke vleesproducten. Ook bevatten vleesvervangers veel meer vezels. Gemiddeld bevatten alle categorieën vleesvervangers voldoende ijzer en vitamine B12, ook als de niet-verrijkte producten worden meegerekend. Natuurlijk spelen bij de gezondheid van een product ook E-nummers, cholesterol en de opneembaarheid van verschillende soorten B12 een rol. Deze zijn in het onderzoek niet meegenomen.
Er zijn vaak kritische geluiden te horen over vleesvervangers omdat deze producten ultra-bewerkt zijn, maar de mate van bewerking van een product zegt niet alles over of een vervanger gezond is of niet, zegt Van Haperen tijdens het webinar. Bovendien staan er ook ultra-bewerkte producten als margarine in de Schijf van Vijf.
Kijken op productniveau
De meeste gezonde vleesvervangers zijn te vinden in de categorieën die onbewerkt dierlijk vlees vervangen, zoals plantaardige kipstukjes en rul gehakt. Bij categorieën waar het dierlijk vlees erg zout is en veel verzadigd vet bevat, zoals (rook)worst, burgers en spek, zijn ook de vleesvervangers meestal niet gezond volgens de Schijf van Vijf. Zout is de voornaamste reden waardoor veel vleesvervangers niet aan alle criteria voldoen. Er is door fabrikanten van vleesvervangers dus nog winst te behalen door het zoutgehalte omlaag te brengen.
Het onderzoek laat dus zien dat er grote verschillen zijn in gezondheid tussen verschillende soorten vleesvervangers, net zoals die er zijn tussen verschillende soorten vleesproducten. Dit betekent dat er eigenlijk op productniveau gekeken moet worden welke vleesvervangers het gezondst zijn. Dit maakt het lastig voor de consument om in de supermarkt de beste keuzes te maken. Van Haperen: “In de Kies ik Gezond? app van het Voedingscentrum kunnen consumenten opzoeken welke vleesvervangers gezond zijn en dus in de Schijf van Vijf passen. Die informatie zou eigenlijk nog makkelijker beschikbaar moeten zijn.”