
Wetenschappelijk onderzoek bewees al eerder dat ongezonde eetgewoonten het begin van leeftijdsgerelateerde cognitieve achteruitgang bij mensen van middelbare leeftijd en ouder versnellen. Australische onderzoekers van de Universiteit van Sydney hebben nu een verband gevonden tussen vette, suikerrijke diëten en een verminderde hersenfunctie onder jongvolwassenen. Het onderzoek werd 17 april 2025 gepubliceerd in het International Journal of Obesity.
Eerste onderzoek dat relatie legt
De bevindingen bouwen voort op een groeiend bewijsmateriaal dat de negatieve invloed aantoont van diëten met veel vet en suiker (HFHS) op het cognitieve vermogen, naast de welbekende lichamelijke effecten. Het is het eerste onderzoek dat de relatie tussen diëten met veel vet en verzadigd vet en ruimtelijke navigatie in de eerste persoon bij mensen test. Ruimtelijke navigatie betekent het vermogen om een pad van de ene locatie naar de andere te leren en te onthouden.
Onderzoeksmethode
Het onderzoeksteam rekruteerde 55 universitaire studenten tussen 18 en 38 jaar. Elke deelnemer vulde vragenlijsten in over hun inname van suikerhoudende en vette voedingsmiddelen. Ook werd hun werkgeheugen getest in een oefening om getallen te onthouden en werd hun body mass index (BMI) geregistreerd.
Bij het experiment zelf moesten de deelnemers door een virtual reality doolhof navigeren en zes keer een schatkist zoeken. Het doolhof bevatte herkenningspunten die de deelnemers konden gebruiken om hun route te onthouden. Het startpunt en de locatie van de schatkist bleven constant in elke trial. Als deelnemers de schat in minder dan vier minuten vonden, gingen ze door naar de volgende trial. Als ze de schat niet binnen deze tijd vonden, teleporteerde de simulatie ze naar de locatie. Ze kregen tien seconden de tijd om vertrouwd te raken met die locatie voor de volgende proef.
Verband dieet en ruimtelijk vermogen en geheugen
Bij een zevende proef verwijderden de onderzoekers expres de schatkist uit het virtuele doolhof. Deelnemers werden vervolgens gevraagd om puur op basis van hun geheugen de oude locatie te vinden en te markeren. Hierbij moesten de deelnemers de relatieve afstand tot en richting van de oriëntatiepunten onthouden om de doellocatie te trianguleren.
Wat bleek? Deelnemers die minder vet en suiker in hun dieet hadden, konden de locatie nauwkeuriger aanwijzen dan deelnemers die deze voedingsmiddelen meerdere keren per week consumeerden. De onderzoekers ontdekten dat deelnemers die hoger scoorden op de vragenlijst, wat wijst op een hogere consumptie van vetrijk en suikerrijk voedsel, vlakkere leercurves hadden.
“Na controle voor het werkgeheugen en BMI, apart gemeten voor het experiment, was de suiker- en vetinname van de deelnemers een betrouwbare voorspeller van de prestaties in die laatste, zevende test,” aldus Dr. Tran.
Gezond dieet betekent een gezonde hippocampus
Dr. Dominic Tran van de School of Psychology van de Faculty of Science leidde het onderzoek. Hij voorspelt dat de cognitieve effecten zich concentreren op de hippocampus en niet op de hele hersenen. De hippocampus is de hersenstructuur die belangrijk is voor ruimtelijke navigatie en geheugenvorming.
Dr. Tran: “Het goede nieuws is dat we denken dat dit een gemakkelijk omkeerbare situatie is. Dieetveranderingen kunnen de gezondheid van de hippocampus verbeteren en daarmee ons vermogen om door onze omgeving te navigeren. Zoals wanneer we een nieuwe stad verkennen of een nieuwe route naar huis leren.”
De onderzoekers benadrukken het belang van het maken van goede voedingskeuzes om een gezonde hersenfunctie te behouden. Het onderzoek gaf ze bewijs dat voeding belangrijk is voor de gezondheid van de hersenen in de vroege volwassenheid, een periode waarin de cognitieve functie meestal intact is.
Representatief of niet?
De steekproefgroep die de Australische onderzoekers gebruikten is niet representatief voor de bredere populatie. Maar, stellen ze, de bevindingen zijn nog steeds breed van toepassing.
Dr. Tran: “Het is waarschijnlijk dat onze deelnemers iets gezonder waren dan de algemene bevolking. We denken dat, als onze steekproef het publiek beter zou vertegenwoordigen, de invloed van voeding op ruimtelijke navigatie waarschijnlijk nog duidelijker zou zijn.” Dit vereist dus meer onderzoek op grotere schaal met steekproefgroepen van verschillende leeftijdscategorieën.
Bron: Sciencedaily