Tekst: dr. Ir. Annette Stafleu en dr. Ir. Lisette Brink, Voedingscentrum

De Gezondheidsraad [1] is in maart 2021 uitgekomen met nieuwe voedingsnormen voor eiwit. Voor volwassenen is de aanbevolen hoeveelheid verhoogd van 0,8 g/kg lichaamsgewicht naar 0,83 g/kg lichaamsgewicht. Hiermee is de aanbevolen hoeveelheid gelijkgetrokken met de aanbevolen hoeveelheid die EFSA [2] hanteert. Voor ouderen zijn er geen andere normen voor de eiwitinname dan voor jongere volwassenen. De Gezondheidsraad en European Food Safety Authority geven aan dat ouderen geen extra eiwit nodig hebben. Het advies van de Gezondheidsraad geldt voor gezonde ouderen.

Internationale expertgroepen van ESPEN [3] en PROT-AGE [4] adviseren voor gezonde ouderen een hogere eiwitinname. Ook de stuurgroep ondervoeding [5] beveelt een eiwitinname van 1,0 g per kg lichaamsgewicht aan voor gezonde ouderen. Voor chronisch of acuut zieke of herstellende ouderen wordt 1,2 tot 1,5/1,7 g eiwit per kg lichaamsgewicht aanbevolen [5]. Reden dat de expertgroepen een hogere eiwitaanbeveling doen voor gezonde ouderen is het tegengaan van verlies aan spiermassa.

Gezondheidsraad

Omdat er de laatste jaren veel onderzoek is verschenen over eiwit en spiermassa heeft de Gezondheidsraad [6] een aanvullende analyse uitgevoerd van het beschikbare interventieonderzoek bij ouderen. De raad komt tot de bevinding dat meer dan 60% van de studies geen effect laat zien van een hogere eiwitinname op de vetvrije massa, een maat voor de spiermassa. Hetzelfde geldt voor een hogere eiwitinname in combinatie met een hogere fysieke activiteit in relatie tot spierkracht. De Gezondheidsraad concludeert dat extra eiwit waarschijnlijk geen effect heeft op spierkracht als niet tegelijk de fysieke activiteit toeneemt, en dat een hogere eiwitinname waarschijnlijk geen effect heeft op fysiek functioneren. Daarmee vindt de Gezondheidsraad dat er onvoldoende overtuigend bewijs is om een hogere norm voor ouderen te hanteren.

Het Voedingscentrum volgt de adviezen van de Gezondheidsraad. Voor gezonde ouderen houden wij 0,83 g eiwit per kg lichaamsgewicht aan. Voor ouderen die te maken hebben met ondervoeding of herstellende zijn van ziekte is de behandeling gericht op inname van extra energie en eiwit. Deze ouderen hebben meer eiwit nodig, net als ouderen met specifieke aandoeningen waarbij de eiwitbehoefte verhoogd is. De arts/diëtist stelt hiervoor een behandelplan op.

Eiwitinname en Schijf van Vijf

De energiebehoefte van ouderen is lager dan van jongere volwassenen. Om voldoende voedingstoffen binnen te krijgen stimuleert het Voedingscentrum ouderen om nutriëntdichte voedingsmiddelen te kiezen uit de Schijf van Vijf. Daarbij is het van belang dat zij voedselkeuzes maken die er voor zorgen dat de dagelijkse voeding minimaal 0,83 g eiwit per kilogram lichaamsgewicht bevat. En daarnaast om voldoende te bewegen. In de communicatie naar de doelgroep wordt aangegeven voldoende voedingsmiddelen met eiwit te consumeren, zoals vis, onbewerkt vlees, peulvruchten, ei, noten, zuivel en volkoren producten.

De aanbevelingen volgens de Schijf van Vijf [7] leveren ongeveer 93 gram eiwit voor mannen van 70 jaar en ouder en 84 gram eiwit voor vrouwen van 70 jaar en ouder. Bij de bijbehorende referentie gewichten van respectievelijk 73,6 kg en 63,2 kg [1] leveren de aanbevelingen zo’n 1,3 g eiwit per kg lichaamsgewicht. De aanbevolen hoeveelheden uit de Schijf van Vijf voorzien voor circa 85% in de energiebehoefte. In de resterende ruimte kan, indien gewenst, worden gekozen voor voedingsmiddelen die eiwit bevatten. Een voeding volgens de Schijf van Vijf bevat ruim voldoende eiwit voor gezonde ouderen.

bij art pag 24 logo bij standpunt voedingscentrum

Bronnen
1. Gezondheidsraad, Voedingsnormen voor eiwitten. Referentiewaarden voor de inname van eiwitten. 2021: Den Haag.
2. EFSA, Scientific opinion on dietary reference values for protein. EFSA Journal, 2012. 10(2): p. 2557.
3. Deutz, N.E., et al., Protein intake and exercise for optimal muscle function with aging: recommendations from the ESPEN Expert Group. Clin Nutr, 2014. 33(6): p. 929-36.
4. Bauer, J., et al., Evidence-based recommendations for optimal dietary protein intake in older people: a position paper from the PROT-AGE Study Group. J Am Med Dir Assoc, 2013. 14(8): p. 542-59.
5. Kruizinga, H., et al., Richtlijn ondervoeding. Herkenning, diagnosestelling en behandeling van ondervoeding bij volwassenen, Stuurgroep ondervoeding, Editor. 2019.
6. Gezondheidsraad, Backgrounddocument Systematic review of health effects of dietary protein in older adults. 2021: Den Haag.
7. Brink, L., et al., Richtlijnen Schijf van Vijf, Voedingscentrum, 2020: Den Haag.

Altijd op de hoogte blijven?